Skip to main content

Remvertraging parkeerrem 

  1. Personenauto’s moeten zijn voorzien van een parkeerrem die op ten minste twee wielen werkt.
  2. De parkeerrem van personenauto’s, in gebruik genomen na 30 juni 1967, moet het voertuig op een helling van 16% in beide richtingen in stilstand kunnen houden. Hieraan wordt geacht te zijn voldaan indien de remvertraging, uitgaande van een aanvangssnelheid van 15 km/h, op een droge of nagenoeg droge en ongeveer horizontaal liggende weg ten minste 1,2 m/ bedraagt en de rem ook in achterwaartse richting functioneert. Hierbij is het bepaalde in Aanvullende permanente eisen, hoofdstuk 1, titel 7, afdeling 2, van toepassing.
  3. De remvertraging van de parkeerrem van personenauto’s, in gebruik genomen voor 1 juli 1967, moet op een droge of nagenoeg droge en ongeveer horizontaal liggende weg ten minste 1,0 m/ bedragen. Hierbij is het bepaalde in Aanvullende permanente eisen, hoofdstuk 1, titel 7, afdeling 2, van toepassing.